Het is het einde van het jaar en dat betekent de afsluiting van mijn tweede blogjaar. Ik deel graag mijn momenten en mijn meest gelezen artikelen in het afgelopen jaar. Het was een bijzonder mooi en leerzaam jaar met veel hoogtepunten. Lees je mee?
Social media onmisbaar voor student en onderwijs
Deze twee boeken zijn geschreven door Inge van Erkel en bij het schrijven van @studentencoach heeft Simone Levie ook bijgedragen. In dit artikel deel ik de toegevoegde waarde van deze boeken. Ben je nieuwsgierig? Lees dan mee!
Falen en opnieuw doen is de sleutel tot succes
In mijn vorige blog kon je lezen over mijn stage en wat voor leuke tijd ik daar heb gehad. Helaas heb ik verschillende onderdelen buiten me stage om niet gehaald.
Iets in een keer niet lukken hoort eigenlijk bij het leven. Dat betekent niet gelijk dat je hebt gefaald. Je hebt vast wel eens een docent horen roepen: ‘fouten maken is niet erg, daar leer je alleen maar van.’ In deze zin zit een grote boodschap. Als je tijdens je studie of in je leven alles in een keer zou halen dan is het niet zo spannend meer. Het leren van je fouten, maakt je sterker en geeft je vertrouwen.
De kracht zit hem in hoeverre jij er tegen aangaat om het de volgende keer wel goed te doen. Tuurlijk is het fijn als je alles in een keer haalt en afrondt. Maar door het niet halen ga je kijken naar je fouten waardoor je er bewust van wordt wat de volgende keer anders moet.
Dus jij loopt een keer ergens tegen aan en lukt het niet een keer, dan moet je maar denken dat in het falen en opnieuw doen de sleutel tot succes zit. Je ontwikkelt namelijk doorzettingsvermogen en je leert van je eigen fouten. Je bent een ervaring rijker 🙂
Afscheid op stage en mijn minor
Afgelopen maand moesten de laatste loodjes gelegd worden aan mijn minor, daarna nam ik afscheid van me stage en hiermee mijn minor. Ik heb een onvergetelijke tijd achter de rug. In het onderwijs heb je veel te maken met reflectieverslagen en jezelf presenteren door middel van een portfolio. Hieronder lees je de hoogtepunten van mijn stage.
Mijn eerste stagedag op het Regio College in Zaandam mocht ik gelijk voor de klas staan. Het was onwijs gaaf om dat mee te maken. Ben je benieuwd naar die ervaring, lees het dan hier. Daarnaast genoot ik van het prachtige uitzicht.
De week erna mocht ik surveilleren. Tijdens het surveilleren moest ik de leerlingen duidelijk maken dat ik niet een van hen was. Natuurlijk was het gevolg dat de leerlingen mijn grenzen ging op zoeken. Zoals je vroeger bij elke nieuwe docent of stagiaire deed. Na de toetsweek ging ik de lessen observeren en daarna gaf ik bijna elke week les. Ik kwam in een juridische en administratieve team terecht, waar ik bijna altijd een eigen werkplek had. Het waren lieve en behulpzame collega’s. Om deze reden voelde ik me gelijk al thuis en kon ik me optimaal ontwikkelen.
Het vak dat ik gaf was handel en marketing. Dit vak vond ik leuk om over te brengen naar de leerlingen. Naast het geven van mijn les was ik geïnteresseerd naar de meningen van de leerlingen. In twee lessen had ik de leerlingen aan het einde van de les feedback gevraagd. Tot mijn verbazing kreeg ik hele lieve reacties waar ik ontzettend gelukkig van werd.
De begeleiding was uitstekend, ik heb hiervan dan ook veel opgestoken. Een van mijn hoogtepunt was een praktijkcasus onderwijzen in de les. Deze casus had ik zelf bedacht om de leerlingen een context en een voorbeeld van een onderwerp te geven. Deze les heb ik verwerkt in mijn lessenserie, uiteindelijk heb ik de totale lessenserie met een ruime voldoende afgerond. Het komende halfjaar ga ik mijn laatste lessen voor deze opleiding volgen. Het wordt steeds spannender 🙂
Minor dag #8
Na twee weken geen college, was het weer fijn om op school te zijn. Het wisselen van ervaringen en luisteren naar andermans belevenissen op zijn of haar stage, maakte z’n dag erg leerzaam. Je kan veel leren van andersmans ervaringen.
In de ochtend gingen we met een nieuwe thema ‘samenwerkend leren’ aan de slag. Mijn observatieonderzoek gaat ook over in hoeverre samenwerkend leren op mijn werkplek wordt toegepast. Samenwerkend leren is effectief op het moment dat elke leerling een rol heeft. De leerling weet welke bijdrage diegene moet leveren. Op dat moment is er sprake van positieve wederzijdse afhankelijkheid. Je hebt verschillende manieren om leerlingen samen te laten werken. Dat kan ‘check in duo’ zijn: ‘op het moment dat leerlingen in tweetallen moeten samenwerken’. Hierbij kan je denken dat twee leerlingen samen huiswerk nakijken. In dit geval is het niet zo dat de een overschrijft van de ander. Je moet een vorm van denken, delen en uitwisselen creëren, dan is het namelijk effectief. Zij krijgen de tijd om na te denken over het onderwerp. Over het betreffende onderwerp gaan de leerlingen sparren en daarna gaan zij het met elkaar uitwisselen. Eenzijdig expert is ook een vorm van samenwerkend leren. Iedere leerling krijgt een specialisatie toegewezen. De leerlingen leggen aan elkaar hun specialisatie uit. Binnen no-time zijn de leerlingen expert op de specialisaties die zij aan elkaar uitleggen. Zo heb je nog meer diverse vormen. Een voordeel bij het samenwerkend leren is dat een docent niet de hele tijd aan het woord is. De leerlingen gaan voornamelijk zelf aan de slag en leren van elkaar. De docent moet echter wel in de gaten houden of de leerlingen wel effectief samen aan het werk zijn. Met andere woorden de leerlingen moeten in de gaten worden gehouden of zij daadwerkelijk wel met hun werk bezig zijn.
Na het theoriegedeelte moesten wij in een groepje een lesplan maken. In dit plan moesten we verschillende samenwerkende vormen bedenken dat we de leerlingen willen laten uitvoeren. We moeten minimaal twee lesplannen maken en die lessen uiteindelijk ook geven. Een lesplan is een leidraad voor het geven van een goede les. Een les is opgebouwd uit een vaste structuur: het doel van de les aangeven, voorkennis activeren, uitleg geven, controleren of de leerlingen de theorie hebben begrepen, zelfstandig aan het werk zetten en tot slot, je meet of je jouw opgestelde doel van de les hebt behaald. Eigenlijk gaat het hier om de lesfases.
In de middag gingen we met het coachingsgedeelte aan de gang. Twee van mijn medestudenten gingen oefenen met het orde houden. De rest van ons ging acteren als luidruchtige leerlingen. Het was een leuke oefening. We lagen allemaal in een deuk, omdat orde houden best lastig kan zijn. Helemaal als je het voor je eigen medestudenten doet, want wij maakten het niet makkelijk voor ze. Het was ontzettend leerzaam, omdat ze doorgingen totdat ze het idee hadden dat het goed ging. Naast stage is zo een theoriedag na een lange vrije periode erg leuk en leerzaam. We oefenen waar we tegen aanlopen. Vervolgens nemen we die ervaring en oefening mee naar onze stage. Oefening baart kunst 🙂
P.S. dit verslagje was iets later dan gepland. Deze week staat minor dag #9 online!
Eerste stagedag gelijk al voor de klas
Lieve lezers,
Afgelopen week was ik helaas niet zo lekker, maar gelukkig gaat het nu al weer een stuk beter. Dus tijd voor een nieuw artikel! Naast het feit dat ik ziek was, ging mijn stage gewoon door. Vorige week donderdag was mijn eerste stagedag een feit! Die dag stond ik gelijk al voor de klas. Ben je benieuwd naar mijn belevenis? Lees dan snel verder.
Donderdag 31 oktober dacht ik rustig te kunnen beginnen, maar ik mocht gelijk al kennismaken met de hectiek van het onderwijs. Een docent was ziek, waardoor derdejaarsleerlingen te veel tussenuren zouden hebben. Om deze reden werd ik gevraagd of ik die les wilde geven. In eerste instantie schrok ik. De vakkennis die heb ik, maar ik had tijd nodig om de les voor te bereiden, wat ik niet had. Gelukkig gaven de leerlingen aan dat zij wilden oefenen voor een examen. Uiteindelijk moest ik die leerlingen opvangen en zorgen dat zij zelfstandig of samen aan het werk gingen.
Daar stond ik dan voor de klas. Ik koos ervoor om te focussen op de interpersoonlijke en pedagogische kant. In de literatuur heb ik al veel gelezen wat betreft beginnersfouten. Een docent wil aardig gevonden worden, waardoor je dan dingen toestaat. Ik wilde deze fout niet maken en probeerde op een positieve manier de leerlingen te corrigeren. De leerlingen waren hartstikke goed aan het werk, zij hadden namelijk een doel. Het behalen van het examen. Overigens het was mijn vakgebied. Ik kon ze heel goed op weg helpen. Daarnaast heb ik ook een telefoon afgepakt, met humor uiteraard! Na een uur mochten de leerlingen van mij weg, ze hadden zo goed gewerkt. Toen die leerlingen weg waren, dacht ik, voor de eerste les zonder voorbereiding ging dit uitstekend. De leerlingen accepteerde mij en doordat ik mijn grenzen in het begin goed aangaf, wisten de leerlingen hoe ver ze konden gaan.
Na deze les realiseer ik hoe belangrijk het is om consequent te zijn. Het doel kenbaar maken was in dit geval niet nodig. De leerlingen hadden een doel. Deze twee dingen zorgde ervoor dat de les goed verliep. Ik sprak de leerlingen wel aan op hun gedrag, maar mijn aandachtspunt voor de volgende keer is dat ik niet te veel moet nadenken. Gewoon aanspreken, aangezien de leerlingen aan mijn regels moeten houden.
Ter afsluiting: een leerling vroeg hoelang ik al les geef. Ik wist even niet hoe ik die vraag moest beantwoorden. Ik kan moeilijk zeggen dat het de eerste keer is. Uiteindelijk heb ik tegen de leerling gezegd dat ik een derdejaarsstudent ben en niet full-time in het onderwijs werk. Op deze vraag kan ik niet een duidelijk antwoord geven. De leerling knikte vaag:’ oké mevrouw.’ De volgende dag kreeg ik van mij college te horen dat de leerlingen heel blij waren met de les. Er is niks leuker dan een compliment ontvangen van de leerlingen <3
Minor dag #6 en #7
Minor dag #6
De kwaliteit van de vragen stellen zelf heeft invloed op de kwaliteit van het onderwijs. Dit was het onderwerp in de ochtend. Vorige les hadden we het over verschillende lesfases. We gingen met dit thema door, maar dan een stapje verder. Wat voor vragen stel je aan de leerlingen?
Je hebt lage-orde en hoge-orde vragen die binnen vier leerniveaus passen: onthouden, begrijpen, integreren en creatief toepassen. Begrijpen en integreren hoort bij lage-orde vragen en bij hoge-orde vragen ben je in staat om de theorie te integreren en creatief toe te passen. Wist je dat als je een tekst leest dat je maar 10% onthoudt. Maar als je in staat bent om de theorie uit te leggen aan je klasgenoten dan onthoudt je 85%.
Het onderdeel pedagogiek was voornamelijk om onze ervaringen uitwisselen betreft de stage. Sommigen hebben nog geen plek en sommigen zijn al op gesprek geweest. Wat je niet moet onderschatten is dat als je in opleiding bent als leraar, dan ben je continu jezelf aan het reflecteren. Elke handeling die je doet, moet je reflecteren, want dan wordt je een bekwame docent. Een docent die bewust is van zijn eigen kennen en kunnen. Dit klinkt allemaal logisch, maar ik moet heel erg wennen aan het feit dat je alles op papier moet zetten en bewijzen over alles wat je doet.
Een cultuurshock zo beschrijft de docent onze reacties op dat moment. Ik heb heel vaak gehoord dat een docent niet alleen lesgeeft, maar ook veel papierwerk heeft. Langzamerhand besef ik wat daar mee wordt bedoeld. Aan de andere wordt je bewust van wat je doet door steeds te reflecteren.
Je maakt een persoonlijk ontwikkelingsplan en persoonlijk activiteitenplan. Hierop ga je steeds reflecteren en kijken wat je beter kan doen. Wat heb je hiervoor nodig? Observatieformulieren, literatuur, en je werkplek. Wij moeten ons voorbereiden op zelfsturing.
minor dag #7
Diversiteit, straatcultuur, cultuur en normen & waarden waren de onderwerpen waarmee we startten. Wat is diversiteit en wat betekent dat in het onderwijs? Hoe ga je daarmee om? Het was een korte les waar we vliegensvlug door heen gingen. We keken naar de verschillende culturen van diverse landen. Bijvoorbeeld Suriname is heel autoritair. Daar spreken ze elkaar alleen maar met u aan.
De middag bijeenkomst was een intervisiebijeenkomst. Een intervisiebijeenkomst is een bijeenkomst met een groepje waar je dan je eigen ervaringen en problemen bespreekt. Als je ergens tegenaan loopt kan je dat in deze bijeenkomst bespreken. Door middel van verschillende methodes helpen we elkaar om tot een oplossing te komen. Wij keken deze bijeenkomst naar elkaar’s portfolio, observatieformulieren en de persoonlijk ontwikkelingsplan/ persoonlijk activiteitenplan.
Last but not the least: na de herfstvakantie mag ik ook beginnen aan mijn stage! Mijn stage in Zaandam is een feit. Binnenkort lees je daar meer over. Voor nu genieten van het weekend 🙂
Minor dag #5
Normaal begint de vrijdag met het onderdeel didactiek maar dit keer begonnen we met pedagogiek. De ochtend begon met het uitwisselen van onze ervaringen betreft de stage. Wie heeft al een stageplek en wie niet. Waar lopen we tegenaan. Het was interessant om naar andermans ervaringen te luisteren. Ik heb bijvoorbeeld nog geen stageplek en ben nog steeds in contact. Twee studenten hadden wel stageplekken, waarvan één de maandag gelijk al zelf les mag geven.
Op een flapover moesten wij de belangrijkste aandachtspunten (competenties) als leerkracht beschrijven waar we deze week aan de gang mee willen gaan. Alles wat je benoemd, moet je kunnen beargumenteren op basis van je wat je mee hebt gemaakt. We zijn vaak niet bewust wat we doen of waar we heen willen. Je stelt doelen vooraf of aandachtspunten waar je denkt dat je niet in goed bent. Wees bewust dat de meeste doelen die vooraf worden gesteld vaak gaan op basis van je gevoel. De doelen die ik had opgeschreven waren het volgende: een neutrale houding aannemen tegenover de leerlingen.
In de middag moesten we in tweetallen een lesplan opstellen dat gebaseerd was op de lesfases. Je hebt verschillende lesfases:
1. De aandacht op de doelen van de les richten, deze moeten aansluiten bij de voorkennis die de leerlingen hebben. Een voorbeeld van een slechte les: ‘waar waren we gebleven de vorige keer. Begin jij maar op deze blz te lezen. Op deze manier activeer je de voorkennis niet.
2. Leerlingen voorzien van nieuwe informatie van de belangrijkste elementen van het leren/de vaardigheid. Leerlingen hebben na de les het gevoel dat zij een stuk wijzer zijn geworden.
3. Nagaan of de belangrijkste begrippen en vaardigheden zijn overgekomen. (de leerling altijd actief houden, individuele aanspreekbaarheid)
4. Instructie geven over zelfwerkzaamheid van leerlingen (instructie is belangrijk). Dit is het moment dat chaos kan ontstaan. Wat, waar, hoe en waarom vragen verhelderen, is dan hierbij van belang. Vooral het waarom is heel belangrijk! De leerlingen geven dan een betekenis aan de leerstof.
5. Leerlingen voorzien van geleide of zelfstandige oefening.
6. Afsluiten van de les door middel van de kernbegrippen controleren. Om zo te zien of de leerlingen het gesnapt hebben.
Nadat we het lesplan hadden opgesteld moesten we lesgeven in ongeveer 15 minuten. Niet iedereen zou aan de beurt komen. Stiekem hoopte ik dat ik niet hoefde. Uiteindelijk moest ik toch wel de les geven. Het ging heel goed. Onbewust gaf ik samen met mijn klasgenootje de doelen goed aan, we hadden de voorkennis geactiveerd en de studenten deden enthousiast mee. De meest voorkomende fout die ik maakte was de vraag stellen: snap iedereen de stof nu. Op deze vraag zullen de leerlingen ja knikken. De vraag is niet effectief genoeg om de leerlingen daadwerkelijk vragen te laten stellen als zij het niet snappen. Om te meten of de leerlingen het snappen zou je willekeurig een leerling kunnen vragen om kort samen te vatten wat degene in deze les heeft geleerd.
Op deze minor leer je niet alleen in het onderwijs lesgeven, maar je leert bewust te worden van je eigen kennen en kunnen. Je leert reflecteren op elke handeling die jij doet en wat voor effect dat heeft op een leerling. Dat is best lastig. Ga bij jezelf maar na, ben je in staat om na elke handeling te reflecteren en hoelang houd je dat vol? Uiteraard zijn daar sommige daar wel goed in.
Minor dag #3 #4
We zijn alweer twee weken verder. Wat vliegt de tijd. Helaas heb ik nog steeds geen stage plek. Je leert het meest door in de praktijk bezig te zijn. Uitleg krijgen over hoe je het moet doen is allemaal leuk en aardig, in de praktijk gaat het toch vaak anders.
Wat heb ik de afgelopen twee weken meegekregen?
Minor dag #3
Op deze dag moesten wij een paar begrippen van effectief leren uitbeelden en uitleggen. Deze begrippen moest in tweetallen worden gepresenteerd. Tijdens het presenteren werden de 6 sleutelbegrippen, 3 vormen van leren en sturingen uitgelegd met behulp van voorbeelden. Al die begrippen hebben in eerste instantie verband met elkaar.
In de middag werden de studenten bewust gemaakt over de houding van de docent. Leerlingen houden de docent nauw in de gaten tijdens de lessen, ook wat betreft kleding. Wellicht hield jij als scholier ook de kleding van jouw docenten in de gaten.
Wij zijn studenten die een minor in het onderwijs doen. Wij moeten ons gedragen als docenten, maar stiekem gedragen wij ons zeker als studenten, door geen huiswerk te maken of niet goed voor te bereiden. Het is best veel, waardoor het lastig is om alles op orde te hebben. Het toffe was dat de docent dit op de juiste manier aanpakte. Hij vroeg wie zijn huiswerk af had. De helft wel en de helft niet. Hij vertaalde dit onderwerp gelijk naar onze rol als docent in de toekomst. Hoe zouden wij daarmee omgaan? Het antwoord luidt improviseren en van te voren in gedachten houden hoe je alsnog deze leerling het beste bij de les kan betrekken. Voorbereiding is het halve werk.
Tot slot moesten wij één thema op een flaprol beschrijven op basis van wat wij belangrijk vinden in de rol van een docent. We hadden dit thema in een vorm van een mindmap getekend en gepresenteerd aan de rest van de groep. Mijn groepje vond de veiligheid belangrijk. Je moet als docent een krachtige en veilige leeromgeving kunnen creëren om de leerlingen effectief te kunnen leren.
Minor dag #4
Afgelopen week stond er zoals elke vrijdag veel op het programma. De logopedist kwam langs om ons te vertellen over het stemgebruik, lichaamshouding en op welke wijze je de aandacht van leerlingen kan krijgen. We moesten heel veel lawaai maken en één student moest proberen om de aandacht te krijgen. Dit ging overigens niet makkelijk. Je moest een lage stem gebruiken, vanuit je buik. Persoonlijk had ik daar veel moeite mee. Blijkbaar heb ik een hoge stem, waardoor ik het lastig vond. Aandachtspunten voor mij zijn dan voornamelijk proberen uit mijn buik en een lage stem gebruiken. Iedereen weet dat schreeuwen geen zin heeft. Je moet je stem goed gebruiken, want als een docent zijn stem kwijt is, dan kan er geen les meer worden gegeven.
Daarnaast moesten we allemaal een mini les in tweetallen voorbereiden. Je moest in een bepaald onderwerp een directe instructie geven. Het mocht niet om je eigen vak gaan. Ik studeer economie, dus dan moet ik een mini les geven over een onderwerp dat niks te maken heeft met economie. Samen met een klasgenoot lieten wij de rest een roos maken van toiletpapier. In het begin vond ik het eng, aangezien ik het zelf via een YouTube filmpje had geleerd. Mijn medestudenten hadden ook hele leuke onderwerpen. We hebben geleerd om hartjes te maken. Deze hartjes kunnen ook als boekenleggers worden gebruikt. Kennismaking met de Spaanse taal en wat is henna, hoe maak je dat. Hieronder zie je een foto impressie van onze creatieve creatie.
De dag daarvoor was het maken van de roos bij mij nog mislukt. Dus ik was super blij dat de mini les was geslaagd. Vervolgens hebben we elkaar feedback gegeven en dat kunnen wij verwerken in ons portfolio. Vanaf volgende week moeten wij in een intervisie groepje elkaar feedback geven op de ontwikkeling, de vraagstukken of problemen waar de studenten tegen aanlopen. De onderwerpen zullen vaak uit de praktijk komen, namelijk de stageschool.
P.S. Aangezien ik nog geen stageplek heb, ben ik een dagje op mijn oude school geweest. Binnenkort lees je daar meer over. De praktijk ziet er anders uit dan wat je op basis van de theorie probeert voor te stellen.
Minor dag #2
De vrijdagochtend begon lekker vroeg en het was de tweede dag van mijn minor. De rest van de week waren we vrij. Vanaf oktober begint de stage.
Waar stond deze ochtend voor?
Het Nederlands onderwijssysteem stond op het programma. Iedereen kent min of meer het Nederlands onderwijssysteem, maar het is altijd handig om het totaal plaatje te weten. De meeste studenten zijn afkomstig van de havo en enkeling van het vmbo. Na de havo/vwo ga je in de meeste gevallen naar het hbo of de universiteit. Maar bij het vmbo ga je naar het mbo. In het mbo heb vier verschillende niveau’s. Minderjarigen die het vmbo afronden zijn verplicht om naar het mbo te gaan. Je moet namelijk minimaal een startkwalificatie bezitten.
Vervolgens werd ons de vraag gesteld; wat zijn de taken van een leraar?
Iedereen kan zich wel bedenken dat een leraar niet alleen lesgeeft. Welke taken heeft een leraar allemaal?
Uiteraard lesgeven, maar deze lessen moeten voorbereid worden. Een leraar moet toetsen nakijken en soms ook surveilleren in de aula en tijdens de toetsweken. Naast deze basistaken moet een leraar vergaderen, bijscholen en voorbereiden voor werkweken. Zo zijn er nog een paar taken. De leraar heeft dus diverse taken.
Tot slot moesten we een ideale school op papier bouwen. Welke doelstellingen vinden wij belangrijk? Wat is het fundament van de school? Mijn groep vond de juiste lesstof, veilige omgeving, de samenwerking, kennis, talentontwikkeling en de gekwalificeerde docenten belangrijk. In eerste instantie vroeg ik me af wat voor toegevoegde waarde deze opdracht zou geven. Nadat we eenmaal de opdracht hadden uitgevoerd, werd ik bewust van een aantal dingen. Deze opdracht maakte mij bewust van het feit dat je in een school niet alleen leraar bent. Maar je zit in één organisatie, waarin je veel moet samenwerken. Elke docent heeft een andere kennis die je samen met elkaar moet delen. Verder wordt je bewust van de mogelijke onderwijskundige doelstellingen. Waar staat een school voor? Wist jij de missie of visie van jouw middelbare school?
In het begin krijgen we veel theorie voordat we de praktijk in gaan. Maar vanaf oktober zal de praktijk wellicht anders zijn dan de theorie.
Ben je benieuwd naar mijn minor? Bekijk snel minor dag #1.